Wanneer de mens zijn troon verliest

Met zijn project Once We Ruled the World daagt kunstenaar Tom Herck ons uit tot een filosofische reflectie over de menselijke positie in het grotere geheel van de kosmos. In een tijd waarin we geloven dat technologie en wetenschap ons tot heersers van de planeet maken, plaatst hij ons voor de realiteit dat iedere dominante soort — net als de dinosaurussen — ooit tot het verleden zal behoren. In zijn werk staat niet enkel de mogelijke uitroeiing van de mens centraal, maar ook de vraag of onze huidige tijd een opmaat is naar een nieuwe evolutionaire fase. Een boeiende vraag waarop antwoorden geboden worden tijdens de gelijknamige expo die op 5 oktober opent bij de Oostendse Galerie P.

©Tom van Herck

Tom, binnenkort opent je nieuwe tentoonstelling Once We Ruled the World. Wat kunnen bezoekers verwachten en hoe dit project is ontstaan?

Het concept van deze tentoonstelling is nauw verbonden met de thema’s waar ik al jaren rond werk. Mijn kunst draait vaak om maatschappelijke kwesties, maar ik probeer geen politieke agenda te pushen, of dat nu links of rechts is. Voor mij zou dat propaganda worden, en dat is niet wat kunst zou moeten zijn. Ik ben opgegroeid in een sociale wijk, en dat voel je terug in mijn werk. Het gaat altijd over systemen, grootmachten, en hoe die hun omgeving beïnvloeden. Kunst moet impact hebben, het moet je aan het denken zetten. In deze expo komen verschillende werken samen die dat idee van verval en ijdelheid verkennen. Het gaat altijd over de eindigheid van dingen, over vergankelijkheid, over onze neiging om te denken dat we voor altijd zullen blijven bestaan. Maar dat is natuurlijk niet zo.

Dat thema van de vergankelijkheid komt zeker aan bod tijdens de expo.

Ja, vergankelijkheid is voor mij een kernonderwerp. Het idee van Memento Mori—het besef dat de dood altijd aanwezig is—heeft me altijd gefascineerd. Het werk dat ik in Venetië presenteerde, was daar een heel direct voorbeeld van. Het was een enorm skelet, eigenlijk een soort zelfportret. Mijn eigen schedel werd 3D gescand en verwerkt in het kunstwerk, een manier om zowel het ego als de vergankelijkheid van de mens te verbeelden. Ik vind dat die vragen over ijdelheid en eindigheid vandaag net zo relevant zijn als duizend jaar geleden, en over vijfduizend jaar zullen ze dat nog steeds zijn.

Ons ego is altijd aanwezig, en we denken vaak dat we onoverwinnelijk zijn. Maar als je bijvoorbeeld kijkt naar de dinosauriërs, die honderden miljoenen jaren op aarde rondliepen, en dan naar de mens, die slechts 300.000 jaar bestaat, realiseer je je hoe klein en tijdelijk we eigenlijk zijn. Wij hebben een enorme impact gehad op de wereld in die korte tijd, maar dat betekent niet dat we er voor altijd zullen zijn. Ik denk dat de digitale revolutie waarin we ons nu bevinden, ons ook naar een nieuw soort mens zal leiden. Een hybride mens, half biologisch, half digitaal. Dat intrigeert me enorm.

Je werk is altijd grootschalig en monumentaal, zoals je zegt. Waarom kies je voor zulke indrukwekkende afmetingen in je kunst?

Het idee van schaal is voor mij essentieel. Grootschalige kunstwerken hebben een directe impact op de toeschouwer. Je kunt er simpelweg niet omheen, letterlijk en figuurlijk. Dat begon eigenlijk al in mijn graffititijd. Toen ik als jonge gast treinen bespoot, was dat altijd met het idee om iets te creëren dat mensen niet konden negeren. Het ging om de directe visuele confrontatie, en dat is iets wat ik heb meegenomen in mijn beeldende kunst.

©Tom van Herck

Mijn werken zijn groot. Het kaartenhuis op de Veemarkt in Sint-Truiden weegt 60 ton en is tien meter hoog. Mijn installatie The Wall op Burning Man is een meter kleiner. Ze kijken als het ware op je neer. Of beter nog, ze verplichten je om als toeschouwer stil te staan bij de afmetingen ervan. Het werk domineert de ruimte, en jij bent als toeschouwer gedwongen om je daartoe te verhouden. Dat creëert een bepaalde spanning die ik heel interessant vind. Plus, monumentale werken geven mij de mogelijkheid om een thema, zoals het verval van wereldrijken of de vergankelijkheid van de mens, op een bijna overweldigende manier te laten zien.

Je sprak daarnet over Burning Man. Toch wel een ongelooflijke ervaring?

Met mijn werk, een negen meter hoge piñata geïnspireerd op het paard van Troje, wil ik de complexe lagen van macht en manipulatie blootleggen. Een traditionele piñata staat symbool voor vreugde en beloning, maar deze is leeg, net zoals de beloftes van velen in machtsposities. De muur erachter, twaalf meter breed, vertegenwoordigt niet alleen de fysieke grens die Trump wilde optrekken tussen de Verenigde Staten en Mexico, maar ook de mentale muren die we om ons heen bouwen.

De kleding die Burning Man-bezoekers hebben gedoneerd, bedekt de kunstwerk en verbindt het collectieve creatieve proces van de deelnemers met mijn idee van een gedeelde menselijke ervaring. Elk T-shirt vertelt een verhaal, een stukje DNA van onze gedeelde identiteit. Wanneer de piñata in vlammen opgaat tijdens de Burn Night, symboliseert dit een transformatie, een moment van loslaten en reflectie. Maar dit is niet het einde – de overgebleven kledingstukken gaan mee naar Europa, waar ze een nieuw hoofdstuk in mijn artistieke reis zullen openen.

Je combineert vaak kunst met maatschappelijke thema’s. Hoe zie je de relatie tussen kunst en de samenleving?

Kunst en samenleving zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Voor mij moet kunst altijd iets zeggen over de wereld waarin we leven. Ik probeer de dialoog aan te gaan over de manier waarop we omgaan met macht, religie, technologie, en de natuur. Maar ik wil geen antwoorden geven, ik wil vragen stellen. Kijk bijvoorbeeld naar mijn werk over de kerk en religie. Het verval van de kerk is een thema dat steeds terugkomt in mijn werk. We zien dat christelijke religie, vooral in het Westen, een steeds kleinere rol speelt in de maatschappij, terwijl andere geloofssystemen, zoals de islam, juist groeien. Dat verval van oude structuren, en het opkomen van nieuwe, is iets wat me blijft fascineren.

Dat klinkt als een kritische houding ten opzichte van de hedendaagse cultuur.

Ja, misschien wel, maar het is ook gewoon een observerende houding. Ik probeer geen oordeel te vellen, maar ik kan wel zeggen dat ik soms gefrustreerd raak door hoe we omgaan met onze geschiedenis en ons erfgoed. We leren zo weinig van het verleden. Grote rijken zoals het Romeinse Rijk zijn vervallen, maar wij denken dat het ons niet zal overkomen. Dat vind ik een gevaarlijke gedachte. En dat komt ook terug in mijn werk. Kunst moet die spiegel voorhouden, denk ik.

Je noemt jezelf ook vaak een ondernemende kunstenaar. Wat bedoel je daar precies mee?

Dat klopt. Als kunstenaar is het best om  ondernemend zijn. Je kunt niet zomaar afwachten tot iemand je werk komt ontdekken of financieren. Ik kom zelf uit een sociale wijk, ik had geen geld of connecties toen ik begon. Maar dat heeft me juist gemotiveerd om mijn weg te vinden in de kunstwereld. Voor mijn werk in Venetië bijvoorbeeld, hadden we geen subsidie. We dachten dat het project 200.000 euro zou kosten, maar het werd uiteindelijk een half miljoen. Dus naast de verkoop van eigen werk vond ik ook bedrijven die in het project geloofden en me creatief ondersteunden met o.a. de logistiek.

Ondernemerschap is voor mij essentieel. Ik zie het bij andere grote kunstenaars ook: mensen als Damien Hirst, Banksy, dat zijn ook ondernemers. Zij weten dat kunst niet alleen gaat over creatie, maar ook over hoe je je werk in de wereld zet. Het is belangrijk om daar niet bang voor te zijn. Veel kunstenaars denken dat het commerciële aspect van kunst vies is, maar ik denk juist dat je daar als kunstenaar je kracht uit kunt halen. Je werk moet gezien worden, en daarvoor moet je soms risico’s nemen en buiten de traditionele paden treden.

Om even terug te keren naar de expo in Oostende. Ik kan me voorstellen dat The Fisherman daar niet binnen geraakt. Het werk was een publiekstrekker in het kasteel van Ordingen en ook in Venetië vergaapten bezoekers zich aan het immense skelet dat in de tuin van een van de talrijke palazzi opdook.

The Fisherman is een cruciaal onderdeel van mijn Once We ruled the World-project, dat inderdaad begon in het Kasteel van Ordingen en later naar Venetië ging. Het werk verbeeldt een gigantische vissersfiguur die symbool staat voor de menselijke drang om de natuur te beheersen en te domineren. Maar het is ook een reflectie op onze huidige tijd, waarin we steeds meer vervreemd raken van de natuurlijke wereld.

De vissersfiguur is niet zomaar een visser; hij staat op het punt om een dinosaurusachtig wezen uit het water te trekken, een beeld dat verwijst naar onze obsessie met controle en ons onvermogen om te accepteren dat we zelf ook een tijdelijke soort zijn. We kunnen wel proberen om de natuur naar onze hand te zetten, maar uiteindelijk zullen we altijd geconfronteerd worden met onze eigen eindigheid. Let ook op het detail van de usb-kabel die ik gebruik als vislijn, waardoor het niet alleen lijkt dat de sauriër gevangen wordt, maar dat tegelijk ook een digitale download voor de toekomst bewaard wordt.

Dit werk heeft een bijzondere reis gemaakt. Na Venetië zal het volgend jaar permanent in België worden geplaatst, op een nog geheime locatie. Voor mij is dat een belangrijk moment, want het voelt alsof het werk terug naar huis komt. België heeft relatief weinig monumentale kunstwerken in de publieke ruimte, en ik denk dat The Fisherman een iconisch werk kan worden op die nieuwe locatie.

Kan je al een tipje van de sluier oplichten over de locatie van het werk?

Wat is je volgende vraag? (lacht)

Je lijkt altijd op zoek te zijn naar nieuwe uitdagingen. Wat kunnen we van je verwachten in de toekomst?

Mijn werk evolueert constant, maar het blijft draaien om thema’s zoals het menselijk rijk en de impact die wij hebben op onze omgeving. Het project Once We ruled the World is nog lang niet af. Na The Fisherman ben ik van plan een nieuw werk te maken dat de reis voortzet. Ik wil nu een wandelaar creëren, vergezeld door een triceratops, een verwijzing naar de confrontatie tussen mens en natuur. Dit nieuwe werk zal, net als The Fisherman, internationaal worden tentoongesteld, en ik ben altijd op zoek naar nieuwe manieren om mijn werk te verbinden met de wereld om me heen.

De tentoonstelling Once We Ruled the World opent op zaterdag 5 oktober en loopt tot 3 november. De expo nodigt ons uit om na te denken over onze nalatenschap en de mogelijke komst van een nieuw soort ‘mens’, die niet alleen de aarde, maar ook onze fouten en successen erft.

©Tom van Herck



Author: Yves Joris

Share This Post On

Submit a Comment

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Pin It on Pinterest

Deel dit artikel op