Vijf kunstenaars in bloei in Otegem

Je zou denken dat het thema zich vanzelf aandient in een weelderige bloemenwinkel die ook dienstdoet als expositieruimte, al zeker wanneer de eigenaars al lang iets wilden doen als tegengewicht voor de mistroostige toestand van de menselijke wereld. Bloei. Het lijkt voor de hand te liggen. Niettemin kwam het thema pas na een reeks toevalligheden, al was de keuze van kunstenaars voor dit thema dan weer wel vanzelfsprekend.

Het thema, ‘bloei’ dus, zal talrijke associaties oproepen. Lente, zorgeloosheid, kriebels in de buik. Geboorte en wedergeboorte, het nataliteitsprincipe van Hannah Arendt. Allerlei geuren en kleuren van weleer. Associaties genoeg, al brengen de kunstenaars op de expo in De Egelantier me er een aantal nieuwe.

Johan Parmentier toont er aan aantal van de schetsen die hij elk jaar in de lente maakt van de irissen in zijn tuin, en die me eraan herinneren dat de bloei, bewust of onbewust, gepaard gaat met rituelen, ook de meest banale, zoals het uit de kast halen van de tuinstoelen of het snoeien van de planten. Net als het bizarre gevoel van heimwee dat me elk jaar rond deze periode overkomt brengen zulke rituelen een troost: zeker in onzekere tijden grijpt de mens terug naar de geborgenheid van het zekere, het gekende.

De bloei verlengt in hoge mate ons tijdsbesef. De pioenen van Leen Van Tichelen sorteren een beetje hetzelfde effect, ook buiten het thema om: haar schilderijen vergen mij een tijdje van gewenning voordat de volle charme ervan zich aan mij openbaarde, tot ik er zowaar helemaal aan gehecht werd als aan autonome, ontluikende persoonlijkheden.

De foto’s van de Japanse pruimenbloesems van Trees De Mits zijn van meet af aan adembenemend. De hakubaibloem bloeit nog voor er bladeren verschijnen op de boom, wat bij de Japanners al een weelde aan symboliek ontsluit, maar mijn beperkte Westerse gevoelsbeleving had al voldoende aan de wisselende scherpte en lichtschakeringen op de metalen platen om mijn gedachten naast mij neer te leggen en mijn volle aandacht tot diep in de eclatante bloesem zelf te laten doordringen.

Herhaling leidt tot een verlies aan aandacht, aan focus. Het oog raakt gewend, verwend zelfs. Foto’s van bloesems fotografen sorteert ongeveer hetzelfde effect, al verdwijnt daarmee het onderwerp zelf niet. Het vervaagt enkel in het latent aanwezige. Wat op dat moment tot de voorgrond treedt is de leegte eromheen, die we in eerdere versies uit het oog verloren, hoewel het even expliciet en permanent aanwezig is. Het vergt een aandachtige kunstenaar als Isabel Devos om onze aandacht te vestigen op het belang van wat we niet meer zien.

Bloeien is een proces. Geen momentopname die dit recht kan aandoen. Tom Van Ryckegem is misschien meer wandelaar dan kunstenaar. Het is pas op momenten dat hij stilstaat dat uit de twee bewegingen -stoppen en vertrekken- een vorm, in de vorm van een kunstwerk, ontstaat. Het is een cyclisch proces, zo wijst hij er fijntjes op bij monde van de zwaluw die op zijn arm staat getatoeëerd, en dat met de bloem in zijn hand het onderwerp vormt van een van zijn werken, al ligt het werkelijke onderwerp gevat achter het beeld, in de dieperliggende aders van de bloei.

Is er een vruchtbaarder moment dan de bloei om tot kunst te inspireren? Het ‘vruchtbare moment’ uit de kunstwetenschappen is het ogenblik vlak voor de fatale gebeurtenis, net voor het werkelijke, onderhuidse thema aan het licht komt. Dit moment capteren brengt het stilstaande oeuvre in beweging, het strijkt het uit in de tijd. De bloei staat symbool voor dit vruchtbare moment, en voor het oneindig aantal associaties die erin vervat liggen…

foto’s ©TheArtCouch


‘Bloei’ loopt nog tot 30 juni 2024 bij De Egelantier in Otegem. Klik hier voor alle info.


Author: Frederic De Meyer

Share This Post On

Submit a Comment

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Pin It on Pinterest

Deel dit artikel op