Confusion or wonder
Het is me eindelijk gelukt om nog eens in Watou te geraken. Sinds de “Poëziezomers” (waar weliswaar lang niet alles “top” was, maar je te midden een gigantisch plastisch aanbod altijd wel je gading vond) op een nieuwe leest zijn geschoeid, ben ik er niet meer geweest. Decennia lang nochtans was Watou, zoals voor nogal wat collega’s-critici, zowat mijn jaarlijkse artistieke bedevaart in eigen land.
En kijk, telkens ik de voorbije weken een digitale glimp opving van het werk van Tamara Van San of dat van Jean Godecharle, begon het aardig te wringen om toch weer richting “De Schreve” te rijden. Ik ken de weg uit het hoofd en de laatste maanden moet je maar eens van bij mij thuis in Brugge proberen in de streek van Deinze te geraken… Bijvoorbeeld.
De tentoonstelling “Confusion or wonder” met werk van voormelde kunstenaars kreeg er vorm in de knappe galerie aan het begin van de Kasteelstraat, op een boogscheut van het marktplein. Achter een ijzeren hekken dat een middeleeuws domein vol groen én een oude woning van de stille straat vrijwaart (in grensdorp Watou lijkt me het meeste geluid al altijd een beetje mollig of gesmoord), staat een nieuwe, lapidaire lichtvoetige architectuur waar sinds enkele jaren nu al met zorg actuele beeldende kunst wordt getoond.
De galerie wordt gerund door Hilde Vandaele die de locatie ook haar eigen naam gaf: Hilde Vandaele Gallery. Je moet je in deze kleine, fijne wereld nu eenmaal weten te profileren. Hilde doet het bescheiden: alleen haar naam. De minzame, bedachtzame, (foto)grafisch geschoolde, kieskeurige gastvrouw loopt niet graag in de kijker – het wereldje van de (beeldende) kunst telt voorts nogal wat madammen die continu in de kijker lopen -, maar ze organiseert zonder haperingen steengoede tentoonstellingen.
“Watou is ver voor een enkele galerie”, hoor ik wel eens opperen. Wel, nog eens, vanuit mijn aloude Brugse stede ben ik er sneller dan ik in Deinze, Antwerpen of Brussel geraak. En ligt het Musée de Flandres, dat momenteel werk van Hans Op de Beeck toont, niet op amper zo’n 15 minuten rijden van Watou vandaan? En doet die Mont Noir jou niet aan M. Yourcenar denken?
CONSEQUENT
De Hilde Vandaele Gallery volgt een consequente lijn, die toch voldoende variatie brengt. Bovendien zijn de boekjes, die amper een paar blaadjes tellen en elke tentoonstelling vergezellen als het ware, hebbedingen geworden, omdat ze van in den beginne een frisse en herkenbare lay-out hebben en voorzien zijn van een zeer behapbare talige duiding. Voor deze tentoonstelling werd een beroep gedaan op de pen van Yasmin Van ‘tveld.
Als je (vandaag) het domein betreedt, trekt een oude brug met bogen de aandacht. Wie er voor actuele kunst komt laat die schoonheid snel links liggen (is trouwens het privaat gedeelte van het domein), passeert een beeld van Paul Gees en ziet in de verte de speelse en kleurrijke abstractie van Tamara Van San en de intrigerende tweedimensionale beelden van Jean Godecharle (°Brugge, 1956).
Godecharle had me al eerder verbaasd. De man die vroeger alom werd geroemd omwille van zijn immense vakkennis wanneer het fotografie betrof, heeft zich enkele jaren geleden als het ware uit dat keurslijf losgerukt. Omdat iedereen zich de laatste jaren fotograaf noemt? Wie weet. Maar de man moest weg uit een soort dwang en routine, uit de beslotenheid van het atelier. Hij zocht de natuur op. Hij ruilde zijn dure camera’s in voor een oud analoog toestelletje dat hij uit een lade had opgediept en… wandelschoenen.
WANDELAAR
Hij maakte op zijn wandeltochten nog wel foto’s, maar dat resulteerde in “beelden”. Natuurbeelden die je oriëntatievermogen tergen en waar talloze grijswaarden een heerlijk spel spelen, plekken waar “avontuur” lokt. Weg van de wereld! Tijdens het wandelen raapt Godecharle brokjes hout en steentjes op. Die neemt hij mee naar het atelier om ze a.h.w. op te blazen tot immense sculpturen. De techniek staat hem steeds niét inde weg! Ik zag zijn eerste creaties in het Brugse concertgebouw, waar naar mijn bescheiden mening een van die monumentale werken een vaste plaats zou moeten krijgen, en in de Bogardenkapel én ook al in Watou, in de tuin van de Hilde Vandaele Gallery, toen ik er werk van kunstenaars was toe gaan lichten. De kunstenaar had een systeem uitgedokterd om zijn fascinerende beelden opnieuw in volle natuur te laten gedijen.
Jean Godecharle: ooit en voor altijd fotograaf en vakman, maar nu vooral wandelaar, dromer, schepper en beeldenmaker.
KLEUR
Tamara Van San (°Antwerpen 1978) toont bijzonder kleurrijke, grillige creaties in de meest uiteenlopende materialen met klei en/of porselein als steeds weerkerend element of factor. Telkens opnieuw verrassend en herkenbaar tegelijk. Het meest houd ik van de creaties die ze a.h.w. “poten” heeft gegeven (die neem ik in mijn fantasie graag mee uit wandelen) en die appelleren aan de schoonheid die je enkel vindt in onderzeese dieptes. De monumentaliteit heeft ze aan Jean gelaten; zij brengt eerder kleiner werk, terwijl ook zij groot kan uitpakken.
*De tentoonstelling (Kasteelstraat 1) loopt nog tot 4 juni en is op zaterdag en zondag toegankelijk van 14 tot 18u. Ook op afspraak geraak je er binnen: +3247743593.
- “HET GEHEUGEN ALS GEBOUW” Zes Brugse kunstenaars in POORTERSLOGE - mei 10, 2024
- ‘HET NARRENSCHIP’ Een door James Ensor en Sebastiaan Brant geïnspireerd intrigerend en hartverwarmend sociaal-cultureel project - april 23, 2024
- ‘OH, I ME MINE’ een Unieke publicatie zelfportretten van W. Vynck - maart 7, 2024