Hoeveel mensen zouden het juiste antwoord weten op de vraag wie de eerste Fransman was die een vierde dan judo behaalde? Een tweede hint maakt het wellicht gemakkelijker. Hij werd als kunstenaar wereldberoemd met monochrome blauwe kunstwerken. Ik trok voor TheArtCouch naar Centre Pompidou-Metz voor de overzichtstentoonstelling Le Ciel comme atelier. Yves Klein et ses contemporains. Mijn advies: vertrek vandaag nog.
Een anekdote wil dat in 1947 Claude Pascal, Armand Fernandez (beter bekend als ‘Arman’) en Yves Klein in Nice besloten om de wereld onder hun drieën op te delen. Arman kreeg de aarde, Pascal de lucht en Klein de onmetelijke hemel. Later kregen Jean Tinguely nog magnetisme en Norbert Kricke water en licht. Dat blauw een belangrijke rol zou spelen in het werk van Klein was dan ook voor de hand liggend.
Binnenkort treed ik de grootste studio ter wereld binnen
Yves Klein werd op 28 April 1928 geboren in datzelfde Nice als kind van Fred Klein en Marie Raymond. Zijn moeder was een abstracte schilder die zich in de lokale als de Parijse kunst- en cultuurkringen bewoog. In 1946 realiseerde Klein zijn eerste Monochromes, zijn manier om onmetelijke ruimte zichtbaar te maken. Tegelijk was het ook een naoorlogse zoektocht naar immateriële kunst.
Tussen 1952 en 1954 brachten zijn zwerftochten hem in Tokyo waar hij als eerst Fransman de vierde dan judo behaalde. Bij zijn terugkeer schreef hij er het boek Les Fondements du judo over. 1957 zou het jaar van Kleins internationale doorbraak worden. Van 2 tot 12 januari exposeerde hij in de Milanese Galleria Apollinaire zijn blauwe monochromes. Hij sloot er ook een (complexe) vriendschap met Lucio Fontana en Piero Manzoni. In maart van datzelfde jaar stelde galeriehouder Iris Clert hem voor aan kunstenaar Norbert Kricke en architect Werner Ruhnau. Met dit duo zou hij samenwerken aan de opera van Gelsenkirchen. Tijdens zijn eerste tentoonstelling in Duitsland maakte hij kennis met Otto Piene en Heinz Mach, die in datzelfde jaar nog de ZERO-bewegingen zouden oprichten. Hij maakte er kennis met de jonge kunstenares Rotraut Uecker die in 1962 zijn vrouw werd. In datzelfde jaar overleed Yves Klein op 34 jarige leeftijd aan de gevolgen van een hartaanval. De geboorte van zijn zoon heeft hij niet meer mogen meemaken. Net voor zijn dood op 6 juni 1962 zou Klein aan een vriend toevertrouwd hebben dat hij ‘binnenkort de grootste studio ter wereld zou binnentreden en er alleen nog maar immateriële werken maken.’
Klein in dialoog met tijdgenoten
De straalblauwe septemberdag is een perfecte introductie voor de tentoonstelling Le Ciel comme atelier. Yves Klein et ses contemporains. Geen wolkje aan de lucht, een monochrome hemel zoals alleen Klein hem zou kunnen schilderen. Het gebouw van de hand van de Japanse architect Shigeru Ban schittert in de ochtendzon. In de inkomhal word ik verwelkomd door vijftien meter hoge walnotenboom in brons en marmer van Arte Povera-kunstenaar Giuseppe Penone.
De thematische tentoonstelling is onderverdeeld in 14 secties die elk de nadruk leggen op de dialoog tussen Yves Klein en zijn tijdgenoten. Elke zaal op zich is een pareltje van ingehouden schoonheid. Ook al is kiezen verliezen, toch wil ik me beperken tot drie persoonlijke hoogtepunten:
Klein en Kazuo Shiraga
De nasleep van de Tweede Wereldoorlog zindert nog na. Atoombommen hebben Hiroshima en Nagasaki met de grond gelijk gemaakt, gebouwen als poppenhuisjes weggeblazen. Geblakerde menselijke schaduwen op een eenzame overeind gebleven muur getuigen van de oorlogswaanzin. De werken van Klein en Shiraga zijn stille getuigen van dit leed. Het lijken wel uit elkaar gespatte lichamen, slachtoffers van het bombardement. Alleen de kleuren verschillen, de pijn is dezelfde.
Klein in dialoog met kleur
Kazimir Malevich was wellicht de eerste kunstenaar die experimenteerde met monochrome werken toen hij zijn zwart vierkant tentoonstelde. ‘Ik wil naakt zijn en opnieuw beginnen’ schreef Paul Van Ostaijen in 1928 in zijn Feesten van angst en pijn. Datzelfde gevoel, maar dan op picturaal vlak, heerste ook bij de kunstenaars na de Tweede Wereldoorlog. Monochroom wit, teken van wedergeboorte, een nieuwe start. In 1957 exposeerde Klein zijn monochromes. Manzoni ging nog verder en schafte zelfs kleur af. Zijn Achromes gaan voorbij aan de schilderkunst en sluiten elke mogelijke interpretatie uit. Een totaal witte kamer zindert na in de nasleep van de verschrikkingen van de oorlog.
Klein in dialoog met de vloeibare kleuren van Sadamasa Motonaga
De Japanse abstracte kunstenaar Sadamasa Motonaga was een van de stichters van de Gutai-beweging. Onder de invloed van zijn leraar en bezieler van de Gutai-beweging Jori Yoshirara ruilde hij zijn cartoonistenbestaan in voor de schilderkunst. In sectie acht wandel je onder zijn installatie Water. Kleurbaden in plastiek lijken wel op een regenboog die door een gekke kleurenprofessor gedissecteerd werd. Kleurrijk, broos en tegelijk dreigend. Wat gebeurt er als een van de plastiek kokers zou beginnen lekken?
Met haar scenografie is Laurence Fontaine er perfect in geslaagd om niet alleen Yves Klein in dialoog te laten treden met zijn tijdgenoten, bovendien word je als toeschouwer meegenomen in het dematerialisatieproces dat zich begin jaren zestig van de vorige eeuw in de kunstwereld afspeelde: de overgang naar het immateriële, het onzichtbare, van aarde naar lucht, van menselijk lichaam naar het universum.
Bij de tentoonstelling hoort een prachtig uitgegeven catalogus die niet mag ontbreken in uw (kunst)boekenkast.
De tentoonstelling Le Ciel comme atelier. Yves Klein et ses contemporains loopt nog tot 1 februari 2021. Alle info vindt u op volgende link: https://www.centrepompidou-metz.fr/le-ciel-comme-atelier-yves-klein-et-ses-contemporains
- Middernacht in een perfecte illusie, de vervreemde schoonheid van Michiel Deneckere - oktober 28, 2024
- In de schaduw van Thoreau, de natuur als levend organisme - oktober 17, 2024
- Wanneer de mens zijn troon verliest - september 27, 2024